Herinneringen: Wedijver

Zij zat links vooraan, ik helemaal aan de andere kant van de klas. Maar omdat ik niet in de voorste bank zat maar in die erachter, kon ik haar vanaf mijn plek goed zien. Weliswaar schuin van achteren maar dat was ook wel zo veilig want dan kon zij niet zien dat ik haar stiekem observeerde. Hoewel ik niet de illusie koesterde dat het tussen haar en mij ooit iets zou worden, daar was ze immers veel te mooi voor, groeide er wel een, zij het eigenaardige, verhouding tussen ons.

Lees “Herinneringen: Wedijver” verder

Herinneringen: Vis op vrijdag

Ik ben opgegroeid in het Rivierengebied in een dorp dat wat grootte en bestaansvorm betreft zeer overzichtelijk was. De ene helft van de inwoners bestond uit boeren met een gemengd bedrijf, de andere helft was werkzaam in de houthandel of bij de plaatselijke steenfabriek. Er was een burgemeester die niets te vertellen had en een huisarts die samenwoonde met een collega wat veel aanleiding tot praatjes gaf vooral wanneer de praktijk op onverwachte momenten een uurtje gesloten was. En verder had je Peter, de visboer.

Lees “Herinneringen: Vis op vrijdag” verder

Vliegerskeuring

Wat brengt iemand ertoe om jachtvlieger te willen worden? Waarom wilde ik niet zoals zoveel jongens van mijn leeftijd brandweerman of treinmachinist worden? Waren het de vliegtuigplaatjes die verstopt zaten in de beschuitrollen van het bakkersbedrijf Lubro? Of kwam het misschien door het Marine Hospitaal te Overveen dat op een steenworp afstand van ons huis stond en waar op gezette tijden een helikopter van de luchtmacht landde?

Lees “Vliegerskeuring” verder

Scootmobiel

Ik had net mijn koffie op en de serveerster om de rekening gevraagd toen er voor het terras een scootmobiel hotsebotsend tot stilstand kwam. De zwaarlijvige bestuurster kwam iets omhoog uit haar zetel en begon met haar vrije hand in de zak van haar jurk rond te woelen. Haar andere hand hield ze krampachtig om het stuur geklemd alsof ze vreesde dat haar voertuig er op ieder moment ongecontroleerd vandoor kon gaan. Het woelen hield enige tijd aan maar blijkbaar zonder het gewenste resultaat want ze liet zich zwaar zuchtend terugzakken onderwijl wanhopige blikken om zich heen werpend. Plotseling viel haar oog op mij.

‘Meneer!’ wenkte ze, ‘zou u mij even willen helpen?’

Lees “Scootmobiel” verder

Iets nieuws

Toen ik de buitendeur opende en het halletje betrad zag ik de kalksporen van het aannemersvolk en wilde al rechtsomkeert maken toen de deur naar het cafégedeelte openzwaaide en een rijzige dame in een strak zittende japon me verder wenkte.

‘Komt u maar, hoor! Ze zijn boven nog bezig maar de koffieruimte is klaar.’

Ik volgde haar naar binnen in een naar stopverf en linoleum ruikend zaaltje.

Lees “Iets nieuws” verder

Serveren (4 en slot)

‘Ik had er geen zin meer in’, mompelde ze. Haar stem, gesmoord door het verband over haar gezicht dat alleen haar ogen, neusgaten en iets van haar lippen onbedekt liet, was nauwelijks hoorbaar. Ik moest me over haar heen buigen om haar te kunnen verstaan.

‘Nergens meer, ik had nergens meer zin in. Hij heeft me al die tijd belazerd.’

Lees “Serveren (4 en slot)” verder

Voetveer

Het rivierengebied telde vroeger – voor de komst van auto’s en treinen, uitvindingen waar dit gebied nog lang van verstoken zou blijven – tientallen voetveren. Paard-en-wagens konden daar doorgaans niet op en het kwam op de spierkracht van de veerlui aan of hun passagiers überhaupt de overkant haalden. Bij zwaar weer en ijsgang was het roeien tegen de klippen op, zogezegd. De komst van spoor- en autobruggen in de Betuwe maakte de meeste van deze voetveren overbodig.

Lees “Voetveer” verder

Een man die blíjft

De vrouw had haar hele leven liefde gespaard. Voor een man. Niet voor zomaar een man, nee, voor een man die blééf. Goed, er waren mannen in haar leven gekomen, maar die waren allemaal na een poosje weer gegáán. Waarom wist ze eigenlijk niet. Of eigenlijk wist ze dat wel, maar ze vond haar eisen niet onredelijk. Want wat heb je aan een man als die niet ’s avonds thuisbleef?

Lees “Een man die blíjft” verder

Controle

Wijdbeens en midden op het pad stond hij me op te wachten. Zijn groene Range Rover had hij onopvallend tussen de struiken geparkeerd. Met zijn armen in de zij en zijn pet diep over de ogen getrokken deed hij me nog het meest aan een vooroorlogse Zollbeamter denken. Of erger natuurlijk. Maar dat kan liggen aan de maand waarin we leven waarin de herdenkingen aan de overheersing door het naziregime met regelmaat het nieuws domineren.

‘Wat zijn wij aan het doen?’, beet hij me toe.

Lees “Controle” verder