Serveren

De serveerster was er een van het excellente soort. Attent, soepel tussen de tafeltjes door manoeuvrerend met een vol dienblad boven haar schouder en met ogen in haar achterhoofd. Vooral dat laatste is van belang om in de cafébranche naar tevredenheid te kunnen functioneren. Veel uitbaters zien die eigenschap over het hoofd. Zij menen dat twee ogen in het voorhoofd volstaan bij de uitoefening van het serveervak. Zeer ten onrechte want als iets vervelend is op een terras dan zijn het wel zwaaiende en roepende klanten die bediend willen worden en een serveerster die dat niet in de gaten heeft. Bijna net zo vervelend als de reactie van een slechte serveerster die zegt: mijn collega komt zo bij u.

Deze serveerster bezat echter alle noodzakelijke kwaliteiten en was bovendien van een adembenemende schoonheid. Ik weet het, het is in het huidige tijdsgewricht niet passend om zoiets hardop te zeggen, maar ik verdenk hen die een dergelijk compliment als vrouwonvriendelijk van de hand wijzen van een ernstige vorm van schijnheiligheid. En als we op onze weg naar een gezonde samenleving iets moeten vermijden dan is het wel dat we in de valkuil van een neo-victoriaans tijdperk belanden want daaruit weer omhoogklauteren is een langdurige en uiterst nare krachtsinspanning.

Ik bestelde een kop koffie en – op haar advies – een appelpunt. Toen ze terugkwam zakte ze even licht door de knieën en zonder dat er ook maar iets bewoog op haar dienblad dat vol stond met bestellingen voor nog minstens drie tafeltjes, zette ze een schaaltje met een vierkant stuk gebak naast mijn koffie. Ik had de neiging om te vragen hoeveel punten er in een vierkant gaan maar dat leek mij pas echt vrouwonvriendelijk. Als ze het antwoord niet zou weten zou ze immers met de mond vol tanden staan en dat gevoel was wel het laatste dat ik haar op deze zonnige zomerochtend wilde bezorgen.

Ze zag me naar het gebakje staren en menend dat ik naar het lichtgroene blaadje keek dat heel subtiel precies in het midden was gestoken, legde ze uit dat het stukje loof heilzaam was bij maag- en darmklachten.

‘Is het munt?’, vroeg ik.

‘Nee,’ zei ze, ‘munt is donkerder van kleur. De kok noemt het honey crush. Het schijnt ook stimulerend te zijn voor iets dat typisch voor de man is.’

Ze knipoogde er veelbetekenend bij.

‘Denk je dat ik daar al een stimulerend middel bij nodig heb’, vroeg ik fronsend.

Ze bloosde en liet haar blik even over mijn postuur gaan.

‘Nee,’ zei ze toen, ‘dat denk ik niet. Zal ik het blaadje wegnemen?’

Ze strekte haar hand al uit naar het gebak maar ik hield haar tegen. Even voelde ik haar nagelpunten in mijn handpalm. Echte nagels waren het, niet van die plastic nepdingen. En lange warme vingers had ze ook.

De volgende ochtend werden we al vroeg gewekt door het kraaien van de haan van de overburen. Ik ben een dierenvriend maar soms voel ik ten aanzien van kraaiende hanen moordneigingen in me opkomen. Wat maar weer eens bewijst hoe dun het laagje beschaving is dat ons mensensoort bedekt. Me uitstrekkend onder de lakens bedacht ik wat het leukst en wat het handigst zou zijn. Samen douchen of ik eerst alleen. Dan kon zij daarna douchen terwijl ik verse broodjes in het dorp haalde. Maar opeens merkte ik dat zij al naast het bed stond, aangekleed en wel. En in diezelfde strakke spijkerbroek als gisteren op het terras.

‘Nog een koffie?’, vroeg ze terwijl ze me glimlachend aankeek.

‘Eh, nee, dank je’, zei ik verward. ‘Sta je hier al lang?’

Ze schoot in de lach.

‘Nee hoor, ik kom net aanlopen. Het leek wel of u sliep!’

Ik wreef even over mijn voorhoofd waarachter ik een lichte migraine voelde opkomen en ik wist niet zo gauw wat te antwoorden.

Ze knikte begrijpend en legde even haar hand op mijn schouder.

‘Geeft niks, hoor. Hebben we allemaal wel eens. Zal wel door het warme weer komen.’

Auteur: Ed Bruinvis

Studeerde voor tekenleraar aan de Arnhemse kunstacademie en normatieve maatschappijleer bij professor Hoefnagels (Radboud Universiteit). Is sindsdien actief in het vredes- en ontwikkelingswerk (Stichting Doca, Platform Arnhem Mondiaal en landelijk Platform tegen Wapenhandel). Publiceert behalve onderzoekswerk ook poëzie (Rivierklei, 2008, De Muze, 2015 en Vage klachten, 2019) en verhalen (Open op zondag, 2010 en Het terras, 2014), in 2017 gevolgd door de novelle Angelie. In 2019 verscheen (digitaal) het boek Arnhem Mondiaal over veertig jaar samenwerkende Arnhemse vredes- en ontwikkelingsorganisaties.

4 gedachten over “Serveren”

  1. Heel erg leuk, gisteren al geprobeerd een reactie te geven maar toen kwam er “error” dus misschien nu voor de 2e keer.
    Fijn als je met zoiets lezen smakelijk kunt lachen en dat deed ik.
    Bedankt Ed.

  2. Pingback: Serveren (3)

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *