Boa

In het nabijgelegen Duitsland is het al sinds half mei toegestaan om een biertje op een horecaterras te drinken of een een hapje te eten. Wanneer ik na het winkelen in Kleef besluit om samen met mijn vrouw op een uitnodigend terras wat te gaan drinken, leer ik de hufterigheid van drie landgenoten – en mijn eigen korte lontje – beter kennen. Het terras is volledig bezet. Niet gek natuurlijk want het weer doet bijna zomers aan. Bovendien hebben ook de Duitsers zich gedurende maanden aan vele corona-maatregelen onderworpen.

Ik sluit aan in een kleine rij en wacht om door een ober naar een plek te worden geleid. Hij of zij ruimt eerst het vrijgekomen tafeltje af en ontsmet het – de stoelen incluis – met spuitbus plus doekje. Daarna wenkt hij of leidt de nieuwe gast(en) persoonlijk naar het betreffende plekje. Ik sta in de startblokken wanneer drie – iets later gearriveerde landgenoten – plompverloren aanstalten maken “mijn” tafeltje in beslag te nemen. Ik zeg tegen beide dames dat ik in de rij sta en dat ze op hun beurt moeten wachten. Of het mijn tone of voice is gecombineerd met een donkere zonnebril weet ik niet, maar de vrouwen hebben er geen boodschap aan. Ze zien geen rij en het zijn altijd die Nederlanders die zich zo gedragen, hoor ik zeggen. Dan doet de heer die de zonnebankbruine dames van middelbare leeftijd chaperonneert een duit in het zakje. Hij vraagt of ik iets moet van hem. Ik moet niet die vrouwen maar hem aanspreken, als ik een kerel ben. Deze hele interactie duurt nog geen minuut. Ik ben dermate overdonderd dat ik niet adequaat reageer. In een fractie van een seconde, voel ik hevige agressie in mij opborrelen. Wat denkt die kerel wel? Ik verbaas mij over mijn eigen woede die zo snel naar boven komt.

Gelukkig komt er tegelijkertijd – weliswaar in de schaduw – nog een terrastafeltje vrij waar ik met mijn vrouw kan neerstrijken. Dat gaat nog wat worden als straks in Arnhem en daarbuiten de terrasjes van het slot gaan. Boa’s gaan drukke tijden tegemoet om dit in goede banen te leiden. Arme buitengewoon opsporingsambtenaar.

Auteur: Kees Crone

Freelance journalist, tekst- en kroniekschrijver, en auteur. Kees Crone is - zegt men - wereldberoemd in zijn eigen stadsdeel, de Burgemeesterswijk. Kees Crone schreef onder meer een Bijzondere Buurt en Verlicht Kwartier. Hij schrijft met enige regelmaat een column voor Arnhem aan Zee.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *