Ode aan het ding
Zondagmiddag 24 november 2024 liep een groep mensen achter de trompettist Willem Oosterwijk door het centrum van Deventer. Ze droegen allemaal een ‘ding’ dat ooit een deel van een gebruiksvoorwerp was. Het eindpunt van de parade was het Museum Eicas. Eenmaal binnen legden ze de ‘dingen’ in het midden van een ruimte, waar bezoekers die voor het ‘Tafelgesprek’ gekomen waren op stoelen zaten. Het ‘Tafelgesprek’ was het initiatief van Ronald de Ceuster, kunstenaar werkzaam vanuit Zutphen, en Tobias Frenssen, kernonderzoeker binnen het Expertisecentrum Art of Teaching van het UC Leuven-Limburg.
Eicas Deventer
Museum Eicas is een relatief jong museum in het internationale tentoonstellingsbeleid. Het ankerpunt is de Nul/Zero-beweging uit de jaren zestig van de vorige eeuw. Het museum heeft een speciale collectie, een prachtig, uitstekend onderhouden gebouw met goede faciliteiten. Het staat op de nationale museale kaart en is een belangrijke meerwaarde voor het culturele klimaat in Deventer. In relatie met het tentoonstellingsbeleid worden workshops, rondleidingen, tafelgesprekken, voorstellingen en lezingen georganiseerd. Het is een unieke, volledig professionele vrijwilligersorganisatie. Alle medewerkers hebben een grote betrokkenheid bij de ambities van het museum. Het museum is een groeimodel met potentie. Voor de toekomst van het museum gaan in 2025 belangrijke stappen gezet worden.
Encounters
Die middag vond ook het aangekondigde tafelgesprek plaats; het werd geopend door Greetje Timmerman, wetenschappelijk directeur van Museum Eicas. Vervolgens legde Ronald de Ceuster zijn fascinatie voor ‘het ding’ uit, dat voor hem als zodanig geen opgelegde status representeert. In zijn kunstenaarspraktijk werkt hij al jaren met dit thema. Tijdens de gesprekken die hij hierover voerde met de onderzoeker Tobias Frenssen deden zij intensieve verkenningen naar dit fenomeen.
In die gesprekken, soms per mail, gingen ze ‘tot het gaatje’ en ontdekten nieuwe kennis. Ze benadrukten dat hun samenwerking een hoog spelgehalte heeft, dat uiteindelijk geleid heeft tot de parade in Deventer en het tafelgesprek in Museum Eicas. Gaandeweg hun gesprek betrokken Ronald en Tobias de bezoekers in hun ‘spel’ en er ontstond een productieve, constructieve dialoog.
Vanzelfsprekende aanwezigheid
Alle gebruikte ‘dingen’ in de parade zijn verzameld door Ronald de Ceuster. Een van de deelnemers aan de parade legde die middag uit wat het voor haar betekent heeft om een ‘ding’ te dragen en ermee door de stad te lopen. Hoe het ding zich verhoudt tot je lichaam in vorm, massa en gewicht. De esthetische connectie tussen het ding en de drager. Wat voor houding in relatie met het ding is comfortabel om de parade vol te houden? Haar verhaal maakte duidelijk dat het ‘ding’ een voor haar vanzelfsprekende aanwezigheid had waarvan de betekenis en waarde vorm krijgen in het moment.
Kunst in de wereld
De parade vond plaats in de openbare en publieke ruimte en werd gevolgd door een gesprek met bezoekers in de beslotenheid van het museum. Van buiten naar binnen dus. Centraal was en bleef de fascinatie voor het ‘ding’, de materiële aanwezigheid en de intellectuele waarde, dat zich prominent manifesteerde als fundament van de kunst in de wereld.
Info: www.eicas.nl, www.ronalddeceuster.nl, http://events.ucll.be