Hoe directeur Schraaplust tot inkeer kwam

Een kerstvertelling

Johannes Hendrikus Schraaplust, kortweg Jo, kwam ter wereld als directeur van het olie- en gasconcern van zijn vader. Dat had pa Schraaplust besloten op het moment dat de ziekenhuisarts hem vertelde dat zijn van pijn krimpende vrouw op het punt stond te bevallen van een zoon. Zo snel als zijn besluit vaststond, zo traag verliep de bevalling zelf, want het duurde maar liefst anderhalve dag voordat de geboorte van Jo een feit was. Al die tijd trappelde Schraaplust senior van ongeduld. De aandelenkoers van zijn concern was gekelderd als gevolg van de alsmaar dalende olieprijs en banken en overheid moesten worden gerustgesteld. Als president-directeur van het bedrijf mocht hij uiteraard niet bij de persconferentie ontbreken. Toen Jo dan eindelijk huilend op de buik van zijn moeder lag, liet hij vrouw en zoon op een brancard leggen en met een helikopter naar zijn buitenverblijf vervoeren. Zelf reed hij spoorslags naar het hoofdkantoor om de bijeengetrommelde journalisten te woord te staan.

Jo groeide op zoals alle zoontjes in de olie- en gaswereld met paardrijden op het strand en met Monopoly als het meest gespeelde gezelschapsspel. Op zijn schoolrapporten prijkten enkel negens en tienen, wat bij een enkeling weleens de wenkbrauwen deed fronsen omdat Jo zelf doorgaans in de klas ontbrak. Maar zijn vader vond het belangrijker voor zijn opvoeding dat hij samen met hem boorplatforms bezocht en excursies bijwoonde naar door oliewinning vervuilde rivierdelta’s. Voor dat argument had de schoolleiding alle begrip, want zonder een telg van de familie Schraaplust op de leerlingenlijst zou het weleens erg moeilijk worden om de nieuwbouw van de school gefinancierd te krijgen. Jo’s economiestudie daarna vertoonde een soortgelijk beeld: zonder dat Jo ook maar één keer een collegezaal vanbinnen zag, slaagde hij cum laude. Maar het jaarlijkse universiteitsfeest mocht dan ook in volle omvang worden gedeclareerd bij het olie- en gasbedrijf.

De dag na de uitreiking van zijn bul werd Jo opgenomen in de raad van bestuur van zijn vaders bedrijf. De vragende blikken van zijn medebestuurders repliceerde hij met de stelling dat je het intellect van een veelbelovende bedrijfsleider niet moest verkwisten door hem eerst als magazijnbediende aan te stellen. Maar al op de eerste zakenreis van Jo ging het mis. In een poging om op tijd bij een topoverleg in een oliestaatje te zijn, liet hij zijn privéjet zonder bij te tanken doorvliegen. Het toestel haalde nog wel de kust maar moest een noodlanding op het strand maken waarbij het over de kop sloeg. Jo kroop als enige overlevende uit het wrak en liep twee dagen door de woestijn voordat hij door een kamelenhoeder werd gevonden en mee werd genomen naar een nederzetting bij een kleine oase. Het dorpje bestond uit niet meer dan wat lemen hutten rond een kraal waarin wat mager vee rondscharrelde. Telefoon was er niet, radio en tv evenmin. Het duurde dan ook bijna drie maanden voordat Jo werd getraceerd en met een helikopter werd opgehaald. Tijd om na te denken had hij evenwel meer dan genoeg gehad. En zo was hij tot de conclusie gekomen dat zonne-energie de oplossing voor heel veel, zo niet alles, is. En dat soberheid en liefde voor de natuur de ware levenshouding is. En dat zorg voor de gemeenschap niet alleen iets moois, maar ook een levensvoorwaarde is.

Omlaag kijkend uit de helikopter naar het snel kleiner wordende dorpje in die onmetelijke zandvlakte, realiseerde hij zich dat alles eens temeer en eenmaal terug op het landgoed van zijn vader sloot hij zich op in zijn kamer om alleen met zijn gedachten te zijn. Twee dagen later kreeg hij hoge koorts. De specialisten die naar het landhuis werden ontboden waren eenduidig in hun diagnose: Jo had in den vreemde malaria opgelopen. Die ziekte werd hem fataal. Zijn vader stond er handenwringend bij nu hij op het punt stond zijn enig kind te verliezen. Maar wat hem nog het meest aangreep was de vraag wie hem nu moest opvolgen.

In zijn laatste uur vroeg Jo om pen en papier en tot ontsteltenis van zijn vader liet hij als directeur bedrijfsvoering vastleggen dat de olie- en gaswinning van het bedrijf per direct moest worden stopgezet. En dat niet alleen: het gehele vermogen van het concern diende ten bate te komen van mens- en milieuvriendelijk ondernemen. Jo’s vader bonkte zijn hoofd van woede en wanhoop tegen de muur van het slaapvertrek, maar Jo stierf met een glimlach op de lippen.

Alle lezers en medewerkers van ‘Arnhem aan Zee’ een fonkelend en vooral vreedzaam nieuw jaar toegewenst!

Auteur: Ed Bruinvis

Studeerde voor tekenleraar aan de Arnhemse kunstacademie en normatieve maatschappijleer bij professor Hoefnagels (Radboud Universiteit). Is sindsdien actief in het vredes- en ontwikkelingswerk (Stichting Doca, Platform Arnhem Mondiaal en landelijk Platform tegen Wapenhandel). Publiceert behalve onderzoekswerk ook poëzie (Rivierklei, 2008, De Muze, 2015 en Vage klachten, 2019) en verhalen (Open op zondag, 2010 en Het terras, 2014), in 2017 gevolgd door de novelle Angelie. In 2019 verscheen (digitaal) het boek Arnhem Mondiaal over veertig jaar samenwerkende Arnhemse vredes- en ontwikkelingsorganisaties.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *