Wat een boomer is hoeft tegenwoordig bijna geen betoog. Ik bedoel natuurlijk niet de hond Boomer. Dat is weliswaar geen rashond, maar meestal een schat van een beest. Het is een kruising tussen twee verschillende rashonden zoals bijvoorbeeld een Maltezer met een Shih Tzu. Hij of zij past zich veelal moeiteloos aan het gezin aan en de opvoeding is niet al te moeilijk.
Op internet las ik jaren terug over de zgn. Babyboo-Meter. Een handig online gereedschap om te kijken hoeveel babyboomers zich in je wijk ophouden. Alleen het invullen van de eigen postcode volstond om te achterhalen hoeveel overlast veroorzakende, bijna-bejaarden de buurt bevolken. Een kind kon de was doen. De Babyboomer Detector was vooral interessant voor lieden wier eigen geboortedatum in een bepaald tijdsbestek viel, meldde de website jolig. Bedoeld werden luitjes geboren ná de Tweede Wereldoorlog tot pakweg 1955. Zou die meter nog steeds online zijn? Enig speuren leverde jammer genoeg geen resultaat.
Nou ja, de reacties indertijd waren overwegend zuur van toon. Anno nu zou de absurd lage rente, de dekkingsgraden van de pensioenfondsen, de hoogte van de AOW-leeftijd, de verkwanseling van het milieu, enzovoort, ongetwijfeld op het conto van de babyboomer komen. (Baby)boomers worden ook wel de aardgasgeneratie genoemd. De glorietijd van deze grote groep valt samen met het leegzuigen van Slochteren en het verjubelen van daarmee behaalde winsten. Krijg vooral geen ruzie met een babyboomer, schreef men indertijd. Leden van deze voormalige protestgeneratie, kennen blindelings de weg in het juridische klaagcircuit. Er waren criticasters die voorzagen, dat ná de pensionering van de laatste babyboomer, Slochteren leeg zou zijn. Latere generaties moesten de gedaalde bodemproblematiek inclusief vele op-instorten-staande-huizen maar oplossen.
Indertijd tikte ik uit nieuwsgierigheid mijn eigen postcode in. Ik behoor immers tot die vermaledijde generatie. Ik was razend geïnteresseerd in het percentage in mijn wijk dat altijd zeurt over te hard rijdend verkeer, fout geparkeerde auto’s en achteloos weggegooide kassabonnen. De uitslag werd onmiddellijk verstrekt. Oef, dat was schrikken! In mijn habitat woonden méér dan twaalf procent boomers. Daarmee zat ik toen nota bene boven het landelijke gemiddelde. Cynisch stond er toen bij dit resultaat: Hopelijk sterft deze generatie snel uit. Dat zou veel beter zijn voor alle later geborenen. Hoe het ook zij, het wordt tijd dat jongeren een actuele Babyboom Detector ontwikkelen. Gewoon om te kijken in hoeverre de resultaten nu overeenkomen met de constatering van toen.