Ik heb tot nu toe in mijn leven maar zelden in de rij hoeven staan. Daar zou ik mij heel tevreden over moeten voelen want in de rij staan is een treurig iets, maar dat lukt me niet. Dat komt door beelden die ik soms zie van mensen die wel in de rij moesten staan. Beelden van mannen die in de jaren 20 van de vorige eeuw voor een fabriek staan bijvoorbeeld in de hoop in aanmerking te komen voor die ene vacature van kolensjouwer. Of vrouwen die wat minder lang geleden met hun pannetje onder de arm in de rij voor de gaarkeuken staan.
Lees “In de rij” verderCategorie: Ed Bruinvis
Studeerde voor tekenleraar aan de Arnhemse kunstacademie en normatieve maatschappijleer bij professor Hoefnagels (Radboud Universiteit). Is sindsdien actief in het vredes- en ontwikkelingswerk (Stichting Doca, Platform Arnhem Mondiaal en landelijk Platform tegen Wapenhandel). Publiceert behalve onderzoekswerk ook poëzie (Rivierklei, 2008, De Muze, 2015 en Vage klachten, 2019) en verhalen (Open op zondag, 2010 en Het terras, 2014), in 2017 gevolgd door de novelle Angelie. In 2019 verscheen (digitaal) het boek Arnhem Mondiaal over veertig jaar samenwerkende Arnhemse vredes- en ontwikkelingsorganisaties.
A Day in the Life
(Bij het verschijnen van de verhalenbundel Tat Tvam Asi van A.L. Snijders)
‘Vanochtend heb ik uitgeslapen tot half 9, ben opgestaan om de gordijnen open te doen, ben vervolgens met een vest aan en een das om weer in bed gestapt en heb rechtop zittend naar de radio geluisterd om na de nieuwsberichten van 9 uur te hebben aangehoord weer uit bed te stappen om naar de wc te gaan en beneden vast de verwarming aan te zetten want het weer is vannacht omgeslagen.
Lees “A Day in the Life” verderOp wracke gront
Ik had besloten om vanwege het zachte lenteweer een dag vrij te nemen en een lange wandeling te maken. Na dik twee uur lopen bereikte ik een buurtschap waar ik sinds mijn jeugd niet meer was geweest. De plek – niet veel meer dan een paar dozijn huizen aan beide zijden van een slingerende veldweg – stond toentertijd bekend als een streng naar binnen gekeerde leefgemeenschap waar het Woord Gods de leidraad vormde voor alles waar een mens in zijn leven mee te maken krijgt.
Lees “Op wracke gront” verderHet Rijk Pandemia
Ik ben geen fan van een overheid die zich van de ene in de andere affaire rommelt maar dat er landelijk beleid moet zijn om de corona-epidemie een halt toe te roepen is voor mij zo klaar als een klontje.
Vandaar dat ik met enig wantrouwen de man bezag die zijn fiets op de standaard zette en naast mij plaats nam op het bankje bij de bushalte.
Lees “Het Rijk Pandemia” verderLabyrint
‘En achter in de tuin kunt u ook nog het labyrint lopen,’ zei ze terwijl ze naar een heg wees waarin een doorgang was uitgespaard. ‘Gewoon in uw eigen tempo. U wordt daar heel rustig van.’
Wij keken elkaar vragend aan.
Lees “Labyrint” verderHoe tante Corona de wereld redde
Een oudejaarsvertelling
Tante Corona had een vreselijk jaar achter de rug. Haar poes was er vandoor gegaan om pas na zes weken met een dikke buik terug te keren. Tante Corona wist meteen hoe laat het was. Handenwringend liep ze door de kamer. Wat moest ze in vredesnaam met een nest jonge katjes? Niemand in haar kennissenkring hield van katten en het asiel nam geen katten meer op had ze gelezen in het huis-aan-huisblad. Het personeel was onderbezet en overbelast. Nog even en de deuren zouden definitief moeten sluiten. Tante Corona had na het lezen van de onheilstijding nachten niet kunnen slapen. Al die dieren in die kooitjes! Wat ging daarmee gebeuren?
Lees “Hoe tante Corona de wereld redde” verderInternet en oliehandel
Het leek me leuk in deze donkere dagen van december: een avond cabaret om de zorgen omtrent de wereld in het algemeen en die over het rondwarende coronavirus in het bijzonder voor een moment te verdrijven. En dat kon in Theater De KiK in het naburige Elst waar Martijn Kardol een avond het publiek kwam vermaken.
Lees “Internet en oliehandel” verderReddend zwemmen
Ik was de enige passagier op de pont en de veerman had de slagboom al laten zakken voor de afvaart, toen over de dijk een vrouw op een fiets naderde. Ze had haar stuur losgelaten en zwaaide met beide armen om de aandacht van de veerman te trekken. Die opende de slagboom weer en de vrouw kwam met een flinke vaart de laadklep op om pas hevig remmend aan de andere kant van de pont tot stilstand te komen.
Ik vroeg mij af wat er gebeurd zou zijn als ze niet tijdig had geremd en over de slagboom heen in het water was gekukeld. Op deze plaats in de buitenbocht van de rivier is de stroming hard. Ze zou ongetwijfeld meegesleurd zijn. Zou ik haar zijn nagesprongen?
Lees “Reddend zwemmen” verderHalte Hemmen
Ik hoorde het groepje vrouwen al ver voor de bocht aankomen. Hun opgewonden stemmen echoden tussen de huizen en verbraken daarmee de zondagsrust die in het dorp waar ik woon nog in ere wordt gehouden. Niet zozeer uit godsdienstige motieven zoals in enkele dorpen verderop nog altijd het geval is, maar simpelweg vanuit de overtuiging dat stilte op zijn tijd een mens goed doet ook al is dat maar één dag in de week.
Lees “Halte Hemmen” verderMondkapjes
Het veerpontje had nog niet aangelegd of de vrouw holde naar de steiger.
‘Opschieten, Bo!’ riep ze over haar schouder. ‘Zo meteen vertrekt ie weer!’
Haar eega, zichtbaar minder goed ter been, hinkelde achter haar aan. Aan een smal riempje trok hij een tegenstribbelend dwergpinchertje mee. Het diertje, van zichzelf al bibberig van aard, had het duidelijk niet op water en de man moest hem uiteindelijk optillen om de loopplank op te komen.
Lees “Mondkapjes” verder