Papieren boeken van gewicht
Nu dit. De papieren boeken, waarover deze tekst gaat, kocht of kreeg ik. Ze wegen gezamenlijk 1740 gram. De schrijvers en makers van de boeken ken ik persoonlijk. De inhoud van de boeken heeft me aangespoord om erover te schrijven. Daar gaan we.
Boek één: ‘De lente van 23’ van Adrie Krijgsman weegt 140 gram (ISBN 978 94 6480 961 9).
Adrie Krijgsman is dichter, schrijver, organisator en uitgever. In zijn novelle, de literaire vorm tussen de roman en kort verhaal, beschrijft hij het leven van een man op rijpe leeftijd tijdens zijn kampeervakantie. Hij, de solo-man en docent Nederlands, reist naar de Pyreneeën en maakt uitstapjes naar Spanje en de Franse zuidwestkust. Op de terugweg bezoekt hij een oud-leerlinge en dichteres. Hij heeft haar al een kwart eeuw niet meer heeft gezien. Ze woont sinds twee jaar in Frankrijk. Een bezoek dat in het boek in het begin suggestief beschreven wordt. Tijdens het lezen kreeg ik, door alle soms intieme openheid, inzicht in met wat voor man ik te doen had. Met z’n dagelijkse leefpatronen en onhebbelijkheden en wat het betekent als solo-man met gebreken om sober kamperend landen op reis te ontdekken. De beschrijving van zijn relatie met zijn oud-leerlinge is ietwat broeierig en vol van onvervulbare verlangens. In het boek is de dreigende klimaatcatastrofe een rode draad en dat maakt dat ik het ook gelezen heb als een tijdsbeeld. Het boek heb ik ervaren als een portret, het zelfportret van de schrijver?
Boek twee: Film- Gedichten van Edith de Gilde, dichteres, en Rob Thuis, beeldend vormgever, het weegt 280 gram (ISBN 97 94 9329 984 9).
Rob Thuis maakte foto-animaties van door hem gemaakte en bewerkte foto’s. Edith de Gilde schreef gedichten waarbij ze zich liet inspireren door de foto-animaties van Rob. De verpletterende schoonheid van de natuur en het verval van de architectuur zijn de dragende onderwerpen in het boek, waar Edith met haar poëzie zowel verwijzend als autonoom op inspeelt. Het boek functioneert in eerste gebruik als een uitgebalanceerd lees- en kijkboek. Waarbij in volume het accent ligt bij de foto’s van Rob. Het verrassende van de taal, de poëzie in dit geval, is dat de omvang van de woorden een eigen volume tot stand brengt, dat ik eerder aanvullend dan als disbalans heb ervaren. In het tweede gebruik geeft het boek via QR-code, die in het boek gedrukt staat, digitaal toegang tot de foto-animaties van Rob waarin de gedichten van Edith verwerkt zijn. Ondersteund door muziek. Zo stimuleert het boek een actieve participatie op verschillende niveaus. De transformatie naar het bewegende beeld en dus naar een andere beelddrager is een meerwaarde. De samenwerking tussen Edith en Rob is in mijn beleving een symbiose tussen verschillende disciplines en temperamenten.
Boek drie: Gewoon praten, communicatieve zelfsturing van Martin uit den Bogaard, het weegt 80 gram (ISBN978 94 640 3403 5).
Martin uit den Bogaard is beeldend kunstenaar. Studeerde beeldende kunst en filosofie. Hij schreef en publiceerde in 2012 ‘Zelfsturing voor iedereen’ (filosofie van de logica van het gevoel). Zijn beeldend werk bestaat vooral uit ‘bio-art’ en is permanent opgesteld in de vermaarde Verbeke Foundation, Kemzeke, België. Zijn essay in de vorm van een boek ‘Gewoon praten’ is opgebouwd rond het begrip communicatie tussen mensen. Opgebouwd in twaalf bondige hoofdstukken analyseert hij op basis van wetenschappelijk bronnen vormen van communicatie in relatie tot bijvoorbeeld politiek, geld, verschillende culturen, psychiatrie. De kern van zijn essay definieert hij als ‘zelfsturing’, preciezer gezegd: het ‘communicatief zelfsturingsysteem’. Waarmee we volgens hem definitief afscheid kunnen nemen van het ‘sociaal regelsysteem’. Hij ziet dat gebeuren en voelt zich daarmee verbonden. Kenmerkend voor het essay is dat zijn persoonlijke mening, opvattingen en toekomstgerichte visie met elkaar in combinatie neergezet zijn. Waarbij hij ons in het eind van het essay terugbrengt naar ons leven van alledag. Citaat: ‘Communicatie tussen personen zal altijd blijven bestaan in een leefbare samenleving, maar dan wel met een tweerichtingsverkeerssysteem. Dus gewoon… praten.’
Boek vier: Proposities, van Arjen Boerstra, het weegt 1240 gram (te bestellen via www.arjenboerstra.nl).
Arjen Boerstra is beeldend kunstenaar en werkt in zijn kunstpraktijk met en in de openbare ruimte en het publieke domein. Vanuit Groningen voert hij grote projecten uit die nationaal en internationaal weerklank vinden. Hij werkt op eigen initiatief en in opdracht. Zijn boek ‘Proposities’ is de documentatie van wat hij realiseerde en documenteerde in de periode 2011 – 2022. Foto’s in full colour, met uitklapbare pagina’s en ‘verklarende’ teksten van uiteenlopende auteurs. Zorgvuldig samengesteld met wat mij betreft in een goede balans van non-verbale en verbale bronnen. De aantrekkingskracht en magie van zijn werk wordt in het boek puntig verwoord door Geert Verbeke – oprichter en eigenaar van de vermaarde Verbeke Foundation, Kemzeke, België: ‘Het werk van Arjen kan varen en vliegen. Dat vind ik belangrijk. Wat hij ermee bedoelt, dat weet ik niet. Ik kan niet in de geest van een kunstenaar kijken. Van mij hoeft dat niet.’ Kenmerkend voor het boek is dat juist de ietwat tegendraadse tekst van Geert Verbeke niet mag ontbreken. Proposities laat heel duidelijk en volgordelijk de uitgevoerde projecten zien en lezen. Waardoor ik nieuwsgierig werd naar de afzonderlijke kwaliteit en de samenhang van de projecten. De heldere structuur van het boek maakt dat mogelijk. Proposities is voor mij ook gestolde tijd, praktische en visionaire handzame kennis die gedeeld en doorgegeven wordt.
Geachte redacteur ‘Arnhem aan Zee’ (Albert),
Ik vind het een zeer waardevol initiatief om deze boeken van mensen die je kent en waarvan de inhoud je aanspo0rt om hierover te schrijven. Daarbij vindt ik het een eer dat je over mijn boekje ‘Gewoon, …praten’ je licht hebt laten schijnen.
Groet, Martin.