Een praatje

Ik had mijn uitstapje goed voorbereid maar had één ding nagelaten: op de openbaar vervoer-app controleren of de trein wel reed. En dat terwijl je op alle radiozenders vrijwel dagelijks om de oren wordt geslagen met een spotje waarin je aangeraden wordt om vóór je vertrekt ‘je route te checken’. Maar misschien ook wel daarom had ik dat nagelaten. Als een waarschuwing te vaak wordt herhaald verliest het immers zijn werking.

Mijn verzuim werd op het perron meteen afgestraft. Een mechanische stem riep uit de luidsprekers dat de trein vandaag niet reed. Vanwege werkzaamheden. Wat voor werkzaamheden hield de NS voor zichzelf. Maar gesneeuwd had het niet dus daar kon het niet aan liggen. Bovendien was het windstil dus bladeren op de rails als oorzaak leek me ook niet waarschijnlijk.

Om bij te komen van de teleurstelling zette ik mij op het enige bankje dat het station rijk was, hopend dat mijn creatieve geest me op dit dieptepunt van mijn bestaan te hulp wilde komen.

Een man van middelbare leeftijd met een sigaar maatje Havana in zijn mond kwam het perron oplopen, keek even zoekend rond en zette zich toen naast me. Hij blies een enorme rookwolk uit en richtte zich vervolgens tot mij.

‘Had u met de trein gewild?’

‘Ja,’ antwoordde ik, ‘ik had met de trein gewild.’

‘Maar ze rijden niet, hè?’

‘Nee, ze rijden niet. Ze hebben er geen zin in vandaag, denk ik.’

De man nam de sigaar uit zijn mond en hield hem op armlengte voor zich. Hij keek ernaar alsof hij verwachtte dat het ding vanzelf weer terug zou keren naar zijn mond.

‘Kan me voorstellen’, zei hij toen. ‘Ik heb ook wel eens ergens geen zin in. Vroeger wel, hoor, toen had ik overal zin in. Zin in mijn vrouw, zin in lekker eten, zin in voetballen kijken, zelfs in mijn werk had ik zin. Meestal tenminste. Maar ik ben nu drie jaar met pensioen en ik heb nergens meer zin in. Ja, in vissen. In vissen heb ik soms nog wel eens zin. Als het goed visweer is tenminste. Vist u ook?’

‘Nee,’ zei ik, ‘ik vis niet. Je moet de hele tijd maar naar zo’n dobber kijken en daar heb ík dan weer geen zin in.’

‘Kan ik me ook voorstellen. Ieder z’n meug. Maar ’t is goed tegen de zenuwen, dat vissen. Als je daar last van hebt tenminste. Vroeger had ik daar nooit last van. Van zenuwen, bedoel ik. Maar sinds ik gepensioneerd ben heb ik last van m’n zenuwen. En vissen helpt daar goed tegen. Gewoon rustig aan de waterkant zitten. Sigaartje roken. Beetje denken aan vroeger. Aan de tijd dat ik nog met m’n vrouw liep bijvoorbeeld. Toen we nog verloofd waren, bedoel ik dan hè, die tijd. Maar sinds we getrouwd zijn loop ik niet meer met haar. Want ze begint toch altijd weer over mijn sigaren. Dat ik daar eindelijk eens mee moet stoppen. Omdat die rook zo lang blijft hangen in huis en dat daar de gordijnen van vergelen, zegt ze. Maar mijn sigaren zijn alles voor me. En al helemaal sinds mijn pensionering. Ik denk dat ik sinds mijn pensioen al snel drie doosjes in de week rook. Mag u best weten. Mijn sigaren en mijn vishengel, ze zijn allebei goed tegen de zenuwen. Maar mijn vrouw begrijpt dat niet. De dokter wel, die begrijpt dat wel. ’t Is niet goed voor je hart dat roken, zegt-ie, maar als het goed is voor je zenuwen is dat beter dan je er druk om te maken, begrijpt u wel?’

Hij stak de sigaar weer in zijn mond en trok er eens goed aan. Een opkomend hoestje smoorde hij geroutineerd door even zijn keel te schrapen. Toen stond hij op. ‘Kom, ik ga weer eens. Een blokje om en dan maar weer op huis aan. Visweer is het niet vandaag maar ik kan allicht even een kijkje nemen bij de rivier. Misschien dat anderen aan het vissen zijn. Gewoon voor een praatje, begrijpt u wel?’

Auteur: Ed Bruinvis

Studeerde voor tekenleraar aan de Arnhemse kunstacademie en normatieve maatschappijleer bij professor Hoefnagels (Radboud Universiteit). Is sindsdien actief in het vredes- en ontwikkelingswerk (Stichting Doca, Platform Arnhem Mondiaal en landelijk Platform tegen Wapenhandel). Publiceert behalve onderzoekswerk ook poëzie (Rivierklei, 2008, De Muze, 2015 en Vage klachten, 2019) en verhalen (Open op zondag, 2010 en Het terras, 2014), in 2017 gevolgd door de novelle Angelie. In 2019 verscheen (digitaal) het boek Arnhem Mondiaal over veertig jaar samenwerkende Arnhemse vredes- en ontwikkelingsorganisaties.

2 gedachten over “Een praatje”

Laat een reactie achter op Ed Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *