Kleurspoeling

Bij de vrouw die voor mij de kapperszaak inliep, stond het huilen nader dan het lachen. Ik veronderstelde dat zij net op straat iets naars had meegemaakt, maar eenmaal voor de toonbank bleek de narigheid inpandig te zijn veroorzaakt. Haar haar had een kleurspoeling ondergaan die geheel anders had uitgepakt dan ze zich had voorgesteld.

‘En nu heb ik al twee keer geprobeerd om die roze kleur eruit te wassen. Maar als ik na het wassen de handdoek van mijn hoofd haal is mijn haar nog even roze als vóór het wassen.’

‘Marshmallow’, verbeterde de kapster haar. ‘Marshmallow no 64 om precies te zijn. Dat is een heel modern kleurtje, hoor.’

‘Nee,’ zei de vrouw bits, ’het is roze. Iedereen noemt het roze. Mijn nicht noemt het roze en die is kunstenaar dus zij kan het weten. En mijn beste vriendin noemt het roze en de buurvrouw en de vrouw van de notaris ook. Ze noemen het allemaal roze. En mijn man wil me niet meer aankijken omdat hij duizelig van die kleur wordt, zegt-ie. En nu…’

‘Wanneer heeft u die spoeling ondergaan?’, onderbrak de kapster haar.

‘Afgelopen dinsdag.’

De kapster pakte een groot formaat agenda van de toonbank en begon erin te bladeren.

‘Eens even zien, afgelopen dinsdag, zegt u. Toen stond mijn collega Angela in de zaak. Zal ik haar eens bellen?’

‘Nou graag’, zei de vrouw en keek even fronsend om naar mij. Ik deed alsof ik verdiept was in een poster aan de wand van een jonge vrouw die met een verleidelijke glimlach om de lippen een lange zwarte haarlok koesterde. Dexe Black Hair, stond er in chocoladeletters onder de foto, gives you black hair everyday. Geen slagzin om nou meteen voor naar de kapper te hollen, vond ik.

De kapster toetste een nummer in haar mobiele telefoon.

‘Dag Angela, met mij, mag ik je even storen? Nee hoor, ik weet het, ik houd het kort. Zeg, kun jij je herinneren dat je afgelopen dinsdag een dame een Marshmallow haarspoeling hebt gegeven? Ja? Hebben jullie het van tevoren samen over de kleur gehad? Ja? Oké, en toen? O, oké, dat is duidelijk. Prima, tot maandag dan!’

Ze legde de telefoon terug op de toonbank.

‘Nou, mevrouw, mijn collega zegt dat u juist heel graag die Marhmallow-tint wilde omdat die zo mooi bij uw mantelpakje kleurde.’

‘Dat kan wel zijn,’ antwoordde de vrouw, ‘maar dat mantelpakje had ik toen speciaal aan voor de verloving van mijn zus. En dat pakje heb ik daarna voor een vriendenprijsje overgedaan aan de vrouw van de procuratiehouder want die was ook op het feest en die vond het zo’n mooi mantelpakje, dus toen ik…’

‘Mevrouw,’ onderbrak de kapster haar opnieuw, ‘luistert u even naar mijn advies. Was uw haar nog twee keer en u zult zien dat de kleur er dan grotendeels uit is en dan…’

‘Ja,’ viel de vrouw haar in de rede, ‘maar daar heb ik nu toch niets aan! Vanavond heb ik ons halfjaarlijkse bridgetoernooi waar ik naartoe moet. En nu heb ik niets om aan te trekken wat bij de kleur van mijn haar past!’

Ik kuchte want het was al bijna 2 uur en over een half uur had ik een afspraak bij de opticien.

De vrouw draaide zich met een ruk om.

‘Ja, meneer, u kunt wel haast hebben maar ik zit met die rare haardos.’

Ze trok een lok uit haar kapsel en hield die voor me omhoog.

‘En het pluist ook nog, ziet u wel?’

‘Ik zie het’, zei ik. ’Maar het zit gelukkig nog wel vast aan uw hoofd.’

Even dacht ik dat ze me aan zou vliegen maar toen beende ze zonder te groeten de zaak uit.

Auteur: Ed Bruinvis

Studeerde voor tekenleraar aan de Arnhemse kunstacademie en normatieve maatschappijleer bij professor Hoefnagels (Radboud Universiteit). Is sindsdien actief in het vredes- en ontwikkelingswerk (Stichting Doca, Platform Arnhem Mondiaal en landelijk Platform tegen Wapenhandel). Publiceert behalve onderzoekswerk ook poëzie (Rivierklei, 2008, De Muze, 2015 en Vage klachten, 2019) en verhalen (Open op zondag, 2010 en Het terras, 2014), in 2017 gevolgd door de novelle Angelie. In 2019 verscheen (digitaal) het boek Arnhem Mondiaal over veertig jaar samenwerkende Arnhemse vredes- en ontwikkelingsorganisaties.

4 gedachten over “Kleurspoeling”

  1. Hallo Ed , snap jouw ongeduld en roze is niet onze kleur maar die conclusie van
    “ze zitten gelukkig nog vast” was niet tactisch maar wel lekker “beta”

    groet
    Dick

    1. Niet alle personen in mijn verhalen zijn altijd even sympathiek of tactisch, Dick. Dat geldt ook voor de ik-figuur in mijn columns. Maar schrijven in de ik-vorm kan inderdaad verwarrend werken.

Laat een reactie achter op Ed Bruinvis Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *